Ailin Haijer is programmamanager maatschappelijk verantwoord ondernemen bij Omring. Een zorgorganisatie in Noord-Holland-Noord, met ruim 13.000 cliënten in thuiszorg en op woonlocaties. Eind 2024 startte Ailin certificering voor de Milieuthermometer Zorg. Via de eerste ronde van de regeling Implementatie- en Opschalingscoaching Duurzame Zorginitiatieven kon ze dat traject groter aanpakken. En hoopt ze later dit jaar met Omring voor alle 30 locaties het bronzen certificaat van de Milieuthermometer Zorg te behalen.

De Milieuthermometer Zorg sluit aan bij de doelen van de Green Deal Duurzame Zorg. Dit managementsysteem richt zich op het aanpakken van nuttige milieumaatregelen. Door op het juiste moment rekening te houden met duurzaamheid, kunnen instellingen tijd en kosten besparen en bijdragen aan een toekomstbestendige samenleving. Via de Milieuthermometer wordt een ziekenhuis of zorginstelling gecertificeerd op het niveau brons, zilver of goud. Het gouden niveau is gekoppeld aan het nationale keurmerk Milieukeur.

Implementatie- en opschalingscoaching

‘We wilden de certificering voor de Milieuthermometer Zorg een boost wilden geven,’ geeft Ailin als reden voor het aanvragen van de subsidie van Zorg voor innoveren. ‘Vier jaar gelden startte ik in mijn eentje als Programmamanager Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Toen kwamen er een stagiair,een trainee, en later ook een medewerker bij. Ik kreeg toen al regelmatig de vraag van verpleegkundigen waarom er nog niet meer afval gescheiden wordt. We voerden het restafval wel volgens de regels af, maar nog geen plastic of GFT apart. Dat faciliteren kost best wat aandacht, om op 30 locaties aanwezig te kunnen zijn. We hadden de Green Deal duurzame zorg sowieso al ondertekend. Maar we hebben de Milieuthermometer altijd bekeken als een middel en geen doel op zich. Dus we zijn gestart om certificering op 1 locatie uit te proberen en hebben die eerste in januari 2024 behaald.’

De coach

Die eerste certificering was veel werk. Het was een nieuwe activiteit en er moesten veel organisatie-brede beleidsstukken worden geschreven. Maar het leverde ook enthousiasme op om het breder aan te pakken. Ailin: ‘We besloten dat we eerst zouden opschalen naar 8 locaties en dat proces te professionaliseren. Voor dat traject hebben we de coach ingezet; met op de achtergrond de wens uiteindelijk door te groeien naar 30 locaties.’

Omring was in de gelegenheid een eigen medewerker in te huren als coach. Een bekend gezicht op al die locaties aan wie medewerkers vragen kunnen stellen. ‘We hebben in ieder geval vanuit het programma tot 2026 financiële capaciteit voor onze coach,’ merkt Ailin op. ‘Die heeft de rust gebracht om met aandacht en ondersteuning de opschaling voor elkaar te krijgen.’

Resultaten

De 30 locaties van Omring verschillen enorm, zowel in locatie als omvang of doelgroep. Dat vraagt om maatwerk. ‘Als je het hebt over afval scheiden willen we natuurlijk overal ongeveer hetzelfde proces implementeren,’ zegt Ailin daarover. ‘Overal meten hoeveel water er uit de douchekop komt of lekbakken plaatsen onder schoonmaakmiddelen. Maar je hebt gewoon niet overal evenveel ruimte. Soms is er een grote keuken, soms alleen kleinschalig wonen. En soms passen afvalbakken gewoon niet, daar moet je dan op aanpassen. Soms heb je een pand uit 1970, dan weer nieuwbouw, dat verschilt dus erg. Maar het coachingtraject heeft ervoor gezorgd dat nu duidelijk is wie waarvoor verantwoordelijk is. Wat we moeten doen, welke informatie we moeten verzamelen en hoe we die het beste kunnen opslaan. Zo werken we met een externe partij die veel onderhoud voor ons doet. Informatie van hen verwerkten we altijd nogal ad hoc. Dat is nu goed geïntegreerd in onze processen. We hebben goed kunnen kijken naar hoe de eisen van de milieuthermometer passen binnen de dingen die wij willen doen en hoe we onze medewerkers en bewoners daarin kunnen ondersteunen. En dat verhaal hebben we beter kunnen uitwerken in die subsidieperiode.’

De uitdagingen

Met strengere milieuregels omgaan betekent voor medewerkers vaak dat ze iets anders of niet meer moeten doen. En daarop zit vanzelfsprekend niet iedereen te wachten. Maar soms zijn er andere overwegingen in het spel. Ailin: ‘In een discussie over gevaarlijke stoffen ging het eens over chloor. Chloor is soms echt nodig, maar dus niet altijd. In dit geval snijdt de milieuthermometer echt aan twee kanten. Minder of geen chloor gebruiken gaat ook over de gezondheid van onze medewerkers. Dat je geen giftige stoffen meer hoeft in te ademen en het voor de bewoners toch goed schoon is.’

Trots

Ailin kijkt tevreden terug op wat er tot nu toe bereikt is met het MVO-programma binnen Omring. ‘De Milieuthermometer Zorg is echt gaan leven binnen onze club. Het werkt echt als je zegt, we hebben brons en we gaan voor goud. We proberen de thermometer goed te organiseren zonder extra administratieve lasten bij medewerkers neer te leggen. En er is enthousiasme; we waren eerder al actief met het Omring Green Team. Maar nu we bezig zijn met het certificeren per locatie, ontstaan er ook lokale Green Teams. Tijdens de subsidieperiode van afgelopen jaar zijn er 2 gestart en nu zitten we al op 6. Die willen bijvoorbeeld iets met de biodiversiteit in hun tuin doen, of meer bewegen met de bewoners. Er is meer ruimte om in te spelen op wat er binnen de locatie zelf leeft.
Daarnaast lukt het om data op een eenduidige manier te verzamelen en registreren. En wordt het duidelijk waar doelstellingen van de thermometer elkaar dwars kunnen zitten. Zo blijft het ons tegelijkertijd lukken om onze medewerkers goed te faciliteren op het gebied van mobiliteit maar ze ook vitaler te maken én onze uitstoot te verminderen.’

De toekomst

De Milieuthermometer Zorg is als instrument continu in ontwikkeling; sinds begin dit jaar geldt versie 7. ‘Met die omschakeling naar de nieuwe versie hebben we het de afgelopen tijd druk gehad,’ verklaart Ailin. ‘In september van dit jaar gaan we voor 30 certificeringen; al onze woonzorglocaties. En dan willen we volgend jaar richting het niveau goud. Dat is de doelstelling; spannend maar ook erg stimulerend. Want we kunnen nu veel beter inschatten wat er nodig is voor certificatie van meer locaties. En we weten wat we al in de lijn kunnen neerleggen, hoe we zaken kunnen uitrollen en dat ook relatief snel doen.’

Die kennis wil Omring ook graag met andere zorgorganisaties delen, vertelt Ailin. ‘Wij hebben de subsidie niet als enige ontvangen; andere organisaties ook. En we proberen resultaten onderling ook echt te delen. Implementatie dat moet je echt zelf doen, maar we hoeven niet allemaal zelf het wiel uit te vinden. Samen kunnen we de beweging naar meer milieubewustzijn vergroten en versnellen, dat vinden we erg belangrijk. En daarnaast zou ik uiteindelijk graag wat meer naar impact kijken dan alleen de regeltjes. Want soms werkt iets niet op een bepaalde locatie. Dat wordt nu steeds zichtbaarder; we kunnen er gefundeerd iets over zeggen, want we hebben de data.’

Tips voor andere organisaties

Op onze traditionele vraag om adviezen aan andere potentiële subsidieaanvragen wil Ailin het volgende meegeven. ‘Maak je idee zo concreet mogelijk. En laat dat aansluiten bij wat je doel überhaupt al was, zodat je het echt kan gebruiken als boost. Denk er daarbij aan dat je niet afhankelijk wordt van de subsidie, het moet een geïntegreerd onderdeel zijn. En bedenk hoe je de ingekochte kennis van de coach ook na diens vertrek kan blijven gebruiken.
Subsidies is één ding, dat gaat natuurlijk over geld, maar het gaat ook over aandacht. Alles wat je aandacht geeft, groeit. En dat zorgt ervoor dat je kunt versnellen.’